Onderdelen van het inzetbaarheidsprogramma zijn onder andere:
- Stap 1: Analyse risico-inventarisatie en –evaluatie en arbeidsomstandigheden;
- Stap 2: Inzetbaarheidsonderzoek (enquête) onder de medewerkers;
- Stap 3: Individuele vitaliteitscan medewerkers;
- Stap 4: Verbeterworkshops met sleutelpersonen;
- Stap 5: Opstellen managementrapportage.
STAP 1: Analyse risico-inventarisatie en -evaluatie
De aanwezige risico-inventarisatie en –evaluatie wordt geanalyseerd op de prioritaire risico’s binnen Van Puijenbroek Textiel. Prioritaire risico’s zijn risico’s die de grootste effecten kunnen hebben voor werknemers en/of de bedrijfscontinuïteit. Die risico’s uiten zich bijvoorbeeld in: ziekteverzuim; blijvende arbeidsongeschiktheid (WIA instroom), beroepsziekten en arbeidsongevallen. Op basis hiervan wordt nagegaan of het beleid inzake het voorkomen van verzuim door deze arbeidsrisico’s voldoende beheerst is. Daarnaast wordt in kaart gebracht welke instrumenten (HR) de opdrachtgever al uitgewerkt heeft
STAP 2: Inzetbaarheidsonderzoek (enquête) onder de medewerkers
Er wordt een Inzetbaarheid vragenlijst uitgezet onder alle medewerkers. In de vitaliteitsscan worden de waarde elementen van duurzame inzetbaarheid: gezondheid & leefstijl, vakkennis & vaardigheden, motivatie & betrokkenheid en werk-privé balans onderzocht. Daarnaast worden de effecten van de specifieke arbeidsgebonden risico’s onderzocht, met als doel deze risico’s vroegtijdig te signaleren en gezondheidsschade te voorkomen. De vragenlijst kan thuis of op het werk via de PC ingevuld worden en duurt ongeveer 10 minuten. In de vragenlijst staat de Work Ability Index centraal. De WAI is een vragenlijst die een inschatting geeft van het werkvermogen van medewerkers zoals de medewerker deze zelf beleeft. Bij een lage score is de kans op verzuim aanwezig. Na het invullen van de vragen krijgt de medewerker direct inzicht in zijn persoonlijke situatie. De uitkomsten van de vragenlijst worden weergegeven in een stoplichtmodel en ingedeeld in drie gradaties van ernst van het risico. De uitkomsten van het stoplichtmodel heeft de categorieën rood, oranje en groen. Indien een waarde element negatief scoort krijgt de medewerker een advies om hier mee aan de slag te gaan. Deze adviezen worden vooraf samen met u geformuleerd. Hierdoor bestaat de mogelijkheid om aan te sluiten op de al aanwezige voorzieningen uit het personeels- en opleidingsbeleid.
STAP 3: Vitaliteitscheck van de medewerkers
De vitaliteitscheck bestaat uit onderzoek van de gezondheid en bestaat uit de volgende delen: – Biometrisch onderzoek (BMI, vetpercentage). – Meting cholesterol. – Longfunctietest. – Gehooronderzoek. – Visustest. – Bepaling “echte” leeftijd. De metingen worden uitgevoerd door een leefstijlcoach/ verpleegkundige. Indien noodzakelijke wordt een follow-up traject geadviseerd. Bij het adviseren van een follow-up traject wordt een twee sporen beleid gehanteerd: gezondheidsklachten worden doorverwezen naar de reguliere zorg en werkgerelateerde klachten naar de bedrijfsarts. De privacybescherming van het individu wordt daarbij altijd in acht genomen. De deelnemer krijgt de bevindingen direct mee in een inzetbaarheidspaspoort.
STAP 4: Verbeterworkshops
Er worden verschillende verbeterworkshops gehouden. In de verbeterworkshops wordt met de sleutelpersonen in de organisatie nagegaan waar Van Puijenbroek Textiel het beleid kan optimaliseren op het gebied van duurzame inzetbaarheid. Interne betrokken kennen de struikelblokken en valkuilen van de organisatie, zorgen voor een stevig draagvlak voor kansrijke veranderingen en een snelle invoering van gerichte verbeteracties. De adviseur van ondersteunt en inspireert, zodat de betrokkenen op eigen kracht hun volle potentieel kunnen benutten.
STAP 5: Managementrapportage
Er wordt een managementrapportage opgesteld. In de organisatierapportage worden geen individuele medewerkers opgenomen, maar wordt ingegaan op de eventuele aanwezige trends.
STAP 6: Opstellen actieplan
Op basis van de bovenstaande stappen wordt een SMART actieplan opgesteld.